Urning & Urningin. Language and Desire since 1864

Gecureerd door Philipp Gufler

Let op: deze tentoonstelling vindt plaats in het gerenoveerde pand van Nest aan het De Constant Rebecqueplein.

Kunstenaars
  • Sharan Bala
  • CAConrad
  • Philipp Gufler
  • Eli Hill
  • KRIWET
  • Cosy Pièro
  • Rory Pilgrim
  • Sophie Serber
  • Karl Heinrich Ulrichs
  • Louwrien Wijers
Gastcurator
  • Philipp Gufler

Liefde en verlangen tussen mensen van hetzelfde geslacht is van alle tijden. Toch ontbrak eeuwenlang de taal om deze verlangens te benoemen, behalve in medische en juridische termen die ze als ziekte duidden of criminaliseerden. Dit veranderde dankzij Karl Heinrich Ulrichs (1825-1895), een Duitse jurist die als eerste verlangens tussen mensen van hetzelfde geslacht als een identiteitscategorie beschreef. Ulrichs deed uitgebreid onderzoek naar wat hij ‘uranisme’ noemde, bouwde hieromheen een netwerk van geleerden en pleitte ervoor om queer verlangens te erkennen als iets waarmee je geboren wordt – een identiteit en geen misdaad. Met zijn eigen vocabulaire gaf hij woorden aan deze identiteit nog vóór er woorden bestonden als homo, gay of queer.

Ulrichs’ nalatenschap vormt het startpunt voor de tentoonstelling Urning and Urningin. Language and Desire since 1864. De titel van de tentoonstelling verwijst naar Karl Heinrich Ulrichs’ positieve benaming voor zichzelf en mensen met queer verlangen: ‘Urning’ en ‘Urningin’. Deze termen gebruikte hij voor het eerst publiekelijk in zijn reeks pamfletten Onderzoek naar het raadsel van de man-manliefde, gepubliceerd tussen 1864 en 1880. Daarvoor werden queer verlangens niet benoemd worden en werden ze gelijkgesteld aan het verboden sodomie in de westerse wereld. Ulrichs’ nieuwe woorden werden aan het einde van de 19de eeuw veel gebruikt in het Duits en werden ook overgenomen in Nederland en daarbuiten. Hoewel zijn woorden niet zijn blijven plakken in het heden, vormen de ideeën van Ulrichs de basis voor de moderne queer theorie.

In de tentoonstelling onderzoekt gastcurator Philipp Gufler de beperkingen van taal – vroeger en nu – in het beschrijven van verlangens, en roept hij op tot intersectionele solidariteit. Naast originele documenten en brieven van Ulrichs, die een tijdsbeeld schetsen en de invloed van zijn gedachtegoed laten zien, is er werk van negen hedendaagse kunstenaars te zien. Zij reflecteren met hun werk op thema’s als (gender)identiteit, taal en queer verlangen. Deze tentoonstelling, 200 jaar na de geboorte van Ulrichs, verbindt het verleden met het heden en laat zien dat uitwisseling tussen generaties hoopvol en verbindend kan werken.

Bij de tentoonstelling wordt een publicatie uitgebracht met een pamflet van Karl Heinrich Ulrichs, beeldmateriaal van de kunstenaars en met nieuw geschreven teksten van Gürsoy Doğtaş, Hendrik Folkerts en Simon(e) van Saarloos.

Pers